GroenLinks verzet zich tegen de kabinetsplannen om extra goederentreinen over het Oost-Nederlandse spoor te laten rijden. Daarom heeft de Arnhemse GroenLinks-fractie, tezamen met 12 andere GroenLinks-fracties, een zogenaamde ‘zienswijze’ ingediend bij het ministerie voor Infrastructuur en Milieu. Ook de gemeente Arnhem heeft zo’n zienswijze ingediend. GroenLinks-raadslid Sjaak van ’t Hof: “We hebben er, samen met de PvdA, voor gezorgd dat in de zienswijze van de gemeente onze zorgen over het vervoer van gevaarlijke stoffen zijn opgenomen. Ook hebben we benadrukt dat alle extra goederentreinen veel overlast zullen veroorzaken. Omwonenden krijgen enorme last van het geluid en de trillingen van al die nachtelijke treinen. Bovendien zullen de reizigerstreinen er overdag last van hebben.” Zowel in de gezamenlijke GroenLinks-zienswijze als in de zienswijze van de gemeente is daarom nu opgenomen dat er een ‘maatschappelijke kosten-batenanalyse’ gedaan moet worden. Sjaak: “Dat betekent dat inzichtelijk moet worden gemaakt wat de maatschappelijke gevolgen zijn van intensivering van het goederenvervoer in Oost-Nederland.” Wat GroenLinks betreft zijn er bovendien betere alternatieven voor die intensivering, zoals vervoer over water en eventuele aanleg van de noordtak van de Betuweroute.

Kabinetsplannen

Het vorige kabinet, Balkenende IV, heeft in 2010 het ‘Programma Hoogfrequent Spoorvervoer’ geïntroduceerd. Deze kabinetsplannen houden in dat per etmaal zo'n 80 goederentreinen op het traject Elst–Oldenzaal gaan rijden. De voornemens hebben geleid tot veel verzet. GroenLinks heeft haar krachten gebundeld: GroenLinks Arnhem Overbetuwe, Renkum, Rheden, Deventer, Lochem, Zutphen, Wierden, Almelo, Hengelo, Oldenzaal, Gelderland en Overijssel hebben nu samen actie ondernomen door een zienswijze in te dienen is bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu.  Sjaak van ’t Hof: “Gelukkig hebben we ervoor kunnen zorgen dat de zienswijze van de gemeente Arnhem redelijk op één lijn zit met onze GroenLinks-zienswijze.” De zienswijzen zijn een soort adviezen voor de Milieu Effect Rapportage (MER) die nu gemaakt gaat worden over het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer. In deze MER zal in beeld worden gebracht wat de mogelijke milieueffecten zijn van een aantal mogelijke uitvoeringsvarianten. Verschillende alternatieven worden naast elkaar gezet en er wordt berekend wat consequenties van de plannen zijn voor onder andere natuur, veiligheid en geluid. Sjaak: “Hopelijk worden de suggesties die wij in de zienswijzen hebben geuit nu meegenomen in de MER.”

Vervoer gevaarlijke stoffen
Eén van de belangrijkste bezwaren van GroenLinks heeft te maken met het vervoer van gevaarlijke stoffen. Er zou namelijk meer aandacht moeten zijn voor de risico’s die dit vervoer met zich mee brengt. Sjaak: “Als er gevaarlijke stoffen over het spoor worden vervoerd, worden hulpdiensten niet geïnformeerd over wat voor stoffen er precies in de trein zitten
. Je kunt je wel voorstellen wat voor – onnodig - gevaarlijke situaties dat kan opleveren als er dan een ongeluk gebeurt.” Daarom heeft GroenLinks er via de beide zienswijzen op aangedrongen dat die risico’s beter onderzocht moeten worden.

Overlast
Behalve de risico’s die het vervoer van gevaarlijke stoffen met zich meebrengt, zal de intensivering van het goederenvervoer ook voor allerlei soorten overlast zorgen. Sjaak: “Het geluid en de trillingen van de vele treinen  ’s nachts zullen vooral vervelend zijn voor omwonenden. Maar ook overdag zal het veel overlast opleveren: het wordt erg druk op het spoor, wat gevolgen heeft voor ‘gewone’ reizigerstreinen. Bovendien zal je bij spoorwegovergangen, zoals in Arnhem bij de HAN, veel vaker en langer moeten wachten.”

Alternatieven
Wat GroenLinks betreft zijn er dus veel zwaarwegende redenen om tegen de intensivering van het goederenvervoer te zijn. Bovendien zijn er allerlei alternatieven mogelijk. Sjaak: “Transport van goederen via water biedt nog allerlei uitbreidingsmogelijkheden. Daarnaast zou de Noordtak van de Betuweroute, die oorspronkelijk onderdeel uitmaakte van de plannen, weer in beeld moeten komen. We hopen dat deze twee mogelijkheden in de MER onderzocht zullen worden.” Voor GroenLinks is het heel duidelijk: zoveel (gevaarlijk) goederenvervoer moet je niet door steden en dorpen laten rijden, op spoorlijnen die ook voor reizigersvervoer gebruikt worden. De partij is natuurlijk een warm voorstander van stimulering van het openbaar vervoer, maar het mag niet ten koste gaan van de leefbaarheid en de natuur. Sjaak: “Geen zware en gevaarlijke treinen door steden en dorpskernen. Dat is het uitgangspunt.”