Maandagavond is in de raad het amendement van GroenLinks aangenomen over het alternatief over de bezuinigingen op cultuur. Hierbij het krantenartikel, de bijdrage van Tobias de Groot, een videoverslag en het aangenomen amendement.

Artikel uit de Gelderlander, 02-11-2010

Bibliotheek niet duurder ARNHEM - De Arnhemse gemeenteraad heeft maandagavond unaniem ingestemd met een amendement van Tobias de Groot van GroenLinks over de bezuinigingen op cultuur. Dankzij dat voorstel worden de podiumkunsten minder zwaar getroffen dan het college van burgemeester en wethouders aanvankelijk van plan was. Ook blijft de bibliotheek buiten schot. Aanleiding daarvoor is met name dat D66-raadslid Jan de Wit ontdekte dat de voorgestelde bezuiniging tot een tariefsverhoging van 11 procent bij de bibliotheek zou leiden. De politiek noemde die verhoging onacceptabel. Hoewel het amendement niet vermeldde hoeveel de tarieven dan wél zouden mogen stijgen, interpreteerde wethouder Michiel van Wessem van Cultuur het voorstel dusdanig dat alleen een verhoging met de inflatiecorrectie zou moeten worden toegestaan. Dat kreeg de instemming van de gemeenteraad. Binnenkort komt de wethouder hierover met een voorstel. Dat het wijzigingsvoorstel van de gemeenteraad met name minder ongunstig uitpakt voor de podiumkunsten, stemde de wethouder tevreden. "Juist omdat nu blijkt dat de podiumkunsten bij de landelijke bezuinigingen het meest geraakt worden. Dat wisten we nog niet toen we dit voorstel opstelden", zei hij. Martin van Meurs van Pro Arnhem noemde het amendement 'een hele verbetering' ten opzichte van het collegevoorstel. Daarom kreeg het de steun van zijn fractie. Toch stemde zijn partij als enige tegen het bezuinigingsvoorstel. "We vinden dat er te veel wordt afgewenteld op het culturele veld en dat er te weinig op de eigen organisatie wordt gekort", zei hij. Volgens Van Wessem komt dat pas aan de orde in de kerntakendiscussie over de gemeente Arnhem. Bijdrage Raad Bestedingen van publiek geld aan cultuur hebben een cultureel en een sociaal doel; zingeving en duiding van leven, vernieuwing en geestelijke groei van een maatschappij. Kunst en cultuur kunnen daarom mensen samenbinden en bijdragen aan maatschappelijke betrokkenheid. Cultuureducatie is belangrijk voor kinderen, ongeacht zijn herkomst of het opleidingsniveau van zijn ouders, zodat het zijn talenten kan ontdekken en ontplooien. Bovendien helpt het de leerprestaties en gemeenschapszin van kinderen op school te verbeteren. Kunst en cultureel erfgoed dragen bovendien bij aan de identiteitsbeleving en de persoonlijke expressie van mensen en spelen een rol bij integratie en emancipatie van verschillende bevolkingsgroepen. Het is daarom essentieel dat leerlingen al op school kennismaken met kunst en cultuur. De samenwerking en samenhang tussen culturele instellingen en (brede) scholen moet daarom verder gestimuleerd worden. Kunst en cultuur zijn van cruciaal belang voor de aantrekkingskracht van de stad en de lokale economie. Vooral de podiumkunsten en het historisch erfgoed zijn meetbaar van belang voor de stad. Daarnaast draagt een goed cultureel en artistiek klimaat ertoe bij dat mensen graag in een stad willen wonen, werken en verblijven. Een behoorlijk cultureel en creatief voorzieningenniveau heeft ook indirecte economische effecten: het draagt bij aan de aantrekkelijkheid van steden voor toeristen en bedrijven. Dat belang komt voor het grootste gedeelte niet tot uitdrukking aan de kassa’s van de theaters en andere culturele voorzieningen in de stad. Daarom heeft de overheid hier een taak. Als de overheid zich niet  met het culturele aanbod in de stad zou bemoeien, zou dat aanbod ver onder het voor de stad maatschappelijk optimum liggen. Cultuur is bovendien een van de weinige knoppen waaraan de beleidsmakers kunnen draaien om de aantrekkingskracht van de stad te vergroten. Minder geld voor cultuur kan de stad op lange termijn dan ook veel kosten. Voorzitter, zomaar wat citaten, waarvan u de laatste waarschijnlijk herkende uit ‘Muziek in de stad’, van Gerard Marlet. Ook is er veel ingesproken tijdens de informatieve fase over de bezuiniging. Twee zinnen haal ik daaruit: Van Oostpool, HGO en Introdans: Daarmee zeg ik dus niet dat er helemaal niet bezuinigd kan worden op kunst en cultuur. Als het nodig is als samenleving de broekriem aan te halen, dan kan onze sector daar zeker een bijdrage aan leveren. Maar gaat u dan wel in gesprek met die sector! Wij allen vervullen een positie binnen de culturele infrastructuur van deze stad, Oost- Nederland en sommigen ook nationaal. Ik zou dan ook willen pleiten voor een meer integrale benadering. Al was het maar dat u zo tegelijk met het vinden van bezuinigingen ook samenwerking bevordert. Voorzitter, u begrijpt dat een heel aantal partijen naar aanleiding van de informatieve fase is gaan praten met de stad (het veld) en met elkaar, wat heeft geresulteerd in de volgende veranderingen op het voorstel van het college:
  • Geen structurele bezuiniging op de bibliotheek (alleen in 2011 incidenteel), een verhoging van 11% op de tarieven vinden we niet wenselijk.
  • Bezuiniging op Introdans, HGO en Oostpool gaat pas per 2012 in en niet al in 2011 en bedraagt 40.000 in totaal i.p.v. 20.000 per instelling.
  • Het middensegment uit de nota Podiumkunsten wordt niet per 2011 gekort met 54.000 euro zonder evaluatie, maar per 2012 met 20.000 na evaluatie en dan wordt er ook gesproken over een eventueel productiefonds.
  • De politiek maakt duidelijke keuzes; voorlopig geen experimentele festivals, want het aanbod festivals is heel groot in Arnhem en regio.
  • Een kleine bezuiniging op de Modebiënnale , 25.000 per 2012. Daarmee lossen we ook een afspraak van het lenteakkoord in.
  • De bestemmingsreserve voor de Beeldende Kunst blijft op 20.000 euro na in stand, zoals afgesproken in het amendement van GroenLinks, PvdA en Pro Arnhem
  • Alle grote bezuinigingen, worden met dit amendement samen met de stad ingevuld; ‘met het gezicht naar de stad’ en niet opgelegd zonder overleg
Voorzitter, rest mij nog een paar dankwoorden uit te spreken;
  • Naar de wethouder; die bij zijn voorstel ook alternatieven aangaf en daarmee de raad ook de mogelijkheid geeft om te kiezen en daarna ook een positieve grondhouding aannam
  • Naar de dienst, die met alle informatie kwam, waarom we vroegen
  • Naar het culturele veld, voor alle inspraakreacties en uitleg in de weken daarna
  • En tenslotte naar alle partijen in de raad voor de goede samenwerking, respect voor elkaars standpunten en wil om er gezamenlijk uit te komen.